
Er is een nieuwe impuls om draagbare apparaten en sensoren te verkopen als oplossing voor de opioïden- en gevangeniscrisis in de VS. Deze “oplossing” zal echter ten koste gaan van de burgerlijke vrijheden en de menselijke vrijheid in het algemeen.
De laatste jaren is de roep om radicale gevangenishervorming en een oplossing voor de Amerikaanse opioïdencrisis de nationale politiek in de Verenigde Staten gaan doordringen. Met meer dan twee miljoen mensen achter de tralies en meer dan 400.000 doden door misbruik van opioïden in de afgelopen twee decennia, staan deze onderwerpen vaak op de voorpagina’s van grote kranten in de VS en daarbuiten.
Tegelijkertijd is de marketing van draagbare technologie, ook wel wearables, als oplossing voor deze beide hete hangijzers gepromoot door belangrijke spelers in zowel de openbare als de particuliere sector. Vooral sinds COVID-19 worden deze elektronische apparaten die als accessoire kunnen worden gedragen, in kleding kunnen worden ingebouwd of zelfs onder de huid kunnen worden geïmplanteerd, door bedrijven, academici en invloedrijke denktanks vaak aangeprezen als “kosteneffectieve” technologische oplossingen voor deze diepgewortelde problemen.
Maar zoals in dit artikel zal worden behandeld, kan de verschuiving naar wearables meer kosten dan baten opleveren, met name wat betreft burgerlijke vrijheden en privacy.
Het Wereld Economisch Forum en wearables..

Op papier is het World Economic Forum (WEF, ook bekend als de International Organization for Public Private Cooperation) een NGO en denktank “toegewijd aan het verbeteren van de toestand in de wereld”.
In werkelijkheid is het een internationaal netwerk van enkele van de rijkste en machtigste mensen op aarde. De organisatie is vooral bekend om haar jaarlijkse bijeenkomst van de (meestal blanke, Europese en Noord-Amerikaanse) heersende klasse. Elk jaar komen hedgefondsmanagers, bankiers, CEO’s, mediavertegenwoordigers en staatshoofden in Davos bijeen om “de agenda’s voor de wereld, de regio en de industrie te bepalen”. Zoals Foreign Affairs het ooit formuleerde: “Het WEF heeft geen formele autoriteit, maar het is een belangrijk forum geworden voor elites om beleidsideeën en prioriteiten te bespreken.”
In 2017 bracht WEF-oprichter Klaus Schwab een boek uit genaamd “De Vierde Industriële Revolutie.” Het WEF gebruikt de term Vierde Industriële Revolutie (4IR) om de huidige “technologische revolutie” aan te duiden die de manier verandert waarop mensen “leven, werken en met elkaar omgaan,” en met implicaties “zoals de mensheid nog nooit eerder heeft meegemaakt.” De 4IR wordt gekenmerkt door nieuwe technologieën zoals kunstmatige intelligentie (AI), robotica, 3D-printing en het “internet der dingen”, dat in wezen betekent dat dingen met sensoren worden uitgerust – inclusief menselijke lichamen in de vorm van wearables.
Net als de industriële ‘revoluties’ die daarvoor plaatsvonden, is het hoofdthema van de vierde industriële revolutie van het WEF dat deze bedrijven in staat zal stellen meer, sneller en voor veel minder geld te produceren.
In het boek positioneert Schwab draagbare technologie als de sleutel om bedrijven te helpen zich te organiseren rond werk op afstand door hun werkgevers te voorzien van “een voortdurende uitwisseling van gegevens en inzichten over de dingen of taken waaraan wordt gewerkt”. In dezelfde geest benadrukt Schwab de “rijkdom aan informatie die kan worden verzameld met draagbare apparaten en implanteerbare technologieën”.
Maar in tegenstelling tot de industriële ‘revoluties’ uit het verleden, beoogt de 4IR van het WEF het onderscheid tussen de fysieke, digitale en biologische sfeer te vervagen. En het WEF is een uitgesproken voorstander van wearables in hun neiging om wat het noemt “menselijke verbetering” te bevorderen.

In 2018 werkte Schwab samen met Nicholas Davis, WEF’s “Head of Society and Innovation”, om een vervolgboek te schrijven getiteld “Shaping the Future of the Fourth Industrial Revolution”. Davis is al meer dan tien jaar bij de organisatie en was de voor de hand liggende keuze om dit boek mede te schrijven, aangezien hij nu “het thema van de vierde industriële revolutie leidt” bij het WEF.
Schwab en Davis zien wearables slechts als een springplank voor het 4IR, en schrijven dat wearable devices “vrijwel zeker implanteerbaar zullen worden” in het lichaam en de hersenen. “Externe draagbare apparaten, zoals slimme horloges, intelligente oordopjes en augmented reality-brillen, maken plaats voor actieve implanteerbare microchips die de huidbarrière van ons lichaam doorbreken, waardoor intrigerende mogelijkheden ontstaan die variëren van geïntegreerde behandelingssystemen tot mogelijkheden voor menselijke verbetering,” schrijven zij.
De auteurs wijzen op het potentieel om “een industrie van menselijke verbetering” op gang te brengen die op haar beurt de “productiviteit van de werknemers” zou verhogen. Andere groepen, waaronder die welke samenwerken met het WEF, zien echter andere potentiële toepassingen voor het gebruik ervan, ver buiten de werkplek.
Wearables, de opioïdencrisis en de oorlog tegen drugs..
Deloitte, ’s werelds grootste accountantskantoor en sinds lange tijd partner van het WEF, heeft wearables gepromoot als een manier om de opioïde-epidemie op te lossen. In 2016 bracht Deloitte’s Center for Government Insights een rapport uit waarin werd geschetst hoe de opioïdencrisis kon worden bestreden. De auteurs stellen dat “technologen” en “vernieuwers” deel moeten uitmaken van de oplossing voor de opioïdencrisis. Vervolgens publiceerde het bedrijf in 2018 een artikel genaamd “Strategies For Stemming The Opioid Epidemic”, waarin wordt uitgelegd hoe data-analyse kan worden gebruikt om apotheekbeheerders te helpen hun koers te bepalen.

Andere WEF-partners zijn hier directer bij betrokken. Zo is Ryan O’Shea, ‘Global Shaper’ van het WEF, medeoprichter van Behaivior, een bedrijf dat naar eigen zegt “technologie te ontwikkelt om verslavingsaanvallen te voorspellen en te voorkomen” met behulp van wearables. Naast zijn banden met het WEF is O’Shea ook social media manager voor Humanity Plus, voorheen de World Transhumanist Association, die in 2018 100.000 dollar ontving van Jeffrey Epstein, naast eerdere donaties van aan Epstein gelieerde goede doelen. Epstein doneerde ook aanzienlijke bedragen aan de voorzitter van Humanity Plus, Ben Goertzel.
Volgens de website van Behaivior wordt de missie van het bedrijf als volgt omschreven:
“Wij creëren software die real-time datastromen kan nemen van draagbare apparaten die hartslag, hart-slagvariabiliteit, huidtemperatuur, beweging en galva-nische huidreactie (die verband houdt met stress-niveaus) detecteren. Deze gegevens worden gecom-bineerd met andere digitale informatie over gedrag, zoals de GPS-locatie. Als gedrag en fysiologie veran-deren, screent onze software gebruikers of ze zich al dan niet in een pre-relapse craving staat bevinden.”
Het bedrijf verkoopt zichzelf als een oplossing voor overheden die kosten willen besparen. “Het verminderen van verslavingsrecidieven redt niet alleen levens, maar het bespaart ook aanzienlijke hoeveelheden geld door het verminderen van nieuwe arrestaties en nieuwe opsluitingen”, aldus de site van Behaivior.
Volgens regeringsgegevens heeft Behaivior sinds de oprichting 533.000 dollar ontvangen van de NIH. Het ontvangt ook steun van het National Institute on Drug Abuse en de National Science Foundation. Veelzeggend is dat het bedrijf hun focus op opioïdenmisbruik beschrijft als de “eerste testcase” van het bedrijf, wat impliceert dat de technologie binnenkort ook kan worden toegepast op andere illegale stoffen. In een sectie op hun website getiteld “Market Opportunities”, noemt het bedrijf het aantal Amerikanen dat “verslaafd is aan drugs en alcohol” en impliceert het dat het kan worden gebruikt voor elk soort verslaving waarvoor mensen behandeling zoeken, inclusief stoffen die momenteel legaal kunnen worden gekocht en geconsumeerd.

Vorig jaar gaf het NIH ook een ander bedrijf, Emitech, 328.000 dollar om een “armband voor de onderarm voor snelle, on-site opioïde intake monitoring en waarschuwing” te maken. Op hun website stelt Emitech dat “onze belangrijkste gebruikersdoelgroep wetshandhavingseenheden zullen zijn”, maar voegt eraan toe dat ze ook in andere instellingen kunnen worden gebruikt, zoals “drugsbehandelingscentra” en “overal waar drugstests nodig zijn”.
In tegenstelling tot de particuliere bedrijven die ze financieren, zet de federale overheid ook geld in op het gebruik van wearables voor het opsporen van andere criminele stoffen en stoffen die in sommige of alle staten legaal zijn. De NIH heeft geld toegekend aan enkele draagbare alcoholsensoren en een draagbare cocaïnesensor. Bovendien heeft het een subsidie beschikbaar gesteld voor “het onderzoek naar en de ontwikkeling van digitale markers voor de detectie van acute marihuanabesmetting”.
Dat het WEF-netwerk wearables ziet als de sleutel tot het indammen van de opioïde-epidemie is vooral belangrijk omdat de regering Biden heeft aangegeven dat zij zich sterk op deze crisis zal richten zodra de COVID-19-crisis afneemt.
“Het komt er voor de regering Biden op neer dat de [opioïde] crisis in volle bewustzijn zal komen zodra covid naar de achtergrond begint te verdwijnen, misschien in de eerste helft van 2021,” citeerde de Washington Post een professor in december 2020.
Van particuliere gevangenissen naar draagbare gevangenissen..
Op een verwante manier lijkt de heersende klasse ook de kwestie van massale opsluiting te koppelen aan de wearables-revolutie.
“In een digitale wereld met enkelbanden en GPS-apparaten is er geen reden om te geloven dat fysieke opsluiting de enige optie is voor veroordeelden van niet-gewelddadige overtredingen,” schreef Darrell West in 2015 voor het Brookings Institute. “Vergeleken met opsluiting lijken enkelbanden en GPS-apparaten veel draaglijker. Ze houden overtreders in de maatschappij, zijn minder bestraffend dan gevangenissen en veel minder duur.”
West ziet deze digitale opsluiting als een wenselijk alternatief waarbij overheden kosten kunnen besparen maar evenveel mensen blijven opsluiten als nu. “Tenzij we alternatieven vinden voor fysieke opsluiting, zullen de sociale en economische kosten van gevangenissen blijven stijgen,” schrijft hij.

In 2013 publiceerde het door het WEF gesteunde Deloitte een artikel over wat het “virtuele opsluiting” noemt. Er wordt gedacht aan een geau-tomatiseerd bewakingssysteem waarbij reclasseringsambtenaren de locaties van mensen kunnen volgen en een geautomatiseerd systeem hen “meldingen stuurt wanneer zij op handen zijnde afspraken hebben, wanneer zij zich in zones met veel criminaliteit begeven, of wanneer uit hun bewegingen blijkt dat de kans groter wordt dat zij een misdaad zullen plegen”.
Volgens het artikel kan dit systeem ook buiten de gevangenisindustrie worden gebruikt:
“Bestaande toepassingen kunnen het alcoholgehalte in het bloed al bijna net zo nauwkeurig schatten als een blaastest – en het begin van een depressie voorspellen. In de nabije toekomst zouden contacten met lotge-notengroepen, push-notificaties van casemanagers en toegang tot werkgevers en andere netwerken beschik-baar kunnen zijn met één druk op de knop.”
Een artikel uit 2017 van de Australian Broadcasting Corporation introduceerde iets dat het Technological Incarceration Project (TIP) heet, een initiatief van professor in de rechten Dan Hunter. Het TIP stelt een vorm van “huisarrest” voor waarbij gebruik wordt gemaakt van “elektronische sensoren die veroordeelden 24 uur per dag in de gaten houden”. Dit systeem, dat de Australian Broadcast Corporation het “internet van opsluiting” [vergelijking film Minority Report uit 2002] noemt, is bedoeld om bewakers en fysieke gevangenissen te vervangen en in plaats daarvan geavanceerde AI en machine learning te gebruiken om te detecteren of een misdaad op het punt staat te worden gepleegd – en ervoor te zorgen dat dat niet gebeurt.
“Overtreders zouden worden uitgerust met een elek-tronische armband of enkelband die een incapacite-rende schok kan toedienen als een algoritme detecteert dat een nieuwe misdaad of overtreding op het punt staat te worden begaan,” legt het uit.
In 2018 schreef Hunter mee aan een artikel in het Journal of Criminal Law and Criminology waarin dit systeem werd voorgesteld als een “grote revolutie in de gevangenissector”, met als argument dat het “zou leiden tot de sluiting van bijna alle gevangenissen in de Verenigde Staten” en “een einde zou maken aan de gevangeniscrisis”. Volgens de Swinburne University of Technology, waar hij decaan is, is het werk van Hunter ondersteund door de National Science Foundation van de Amerikaanse regering.
De sleutel tot zijn revolutie is een enkelband met GPS tracking en een ingebouwd geleide-energie apparaat, om de elektrische schok toe te dienen en gevangenen uit te schakelen tot de komst van de politie.
Het artikel schetst het plan voor technologische opsluiting in drie compo-nenten:
“Ten eerste, zouden delinquenten verplicht worden om elektronische enkelbanden te dragen die hun locatie in de gaten houden en ervoor zorgen dat zij zich niet buiten de geografische gebieden begeven waar zij zijn opgesloten.
Ten tweede, zouden gevangenen verplicht worden om sensoren te dragen zodat onwettige of verdachte activiteiten op afstand door computers kunnen worden gevolgd.
Ten derde, zouden apparaten met geleide energie op afstand worden gebruikt om gevangenen te immobiliseren die proberen te ontsnappen uit hun opsluiting of andere misdrijven plegen.”
Hunter en zijn co-auteurs stellen dat toezicht op afstand door middel van draagbare sensoren een superieur alternatief is voor traditionele bewa-kingscamera’s. ” … Ons voorstel vereist dat gevangenen een reeks sensoren op afstand dragen – waaronder die voor geluid, video en beweging – die verbonden zijn met centrale computersystemen die ongeoorloofd gedrag kunnen detecteren,” schrijven ze.
Hunter en zijn co-auteurs benadrukken verder dat de derde stap, het “op afstand immobiliseren van daders”, deze technologische opsluiting veiliger zou maken dan een conventionele gevangenis, omdat er geen kans is dat gevangenen ontsnappen.
Het opsluitingsmodel van Hunter wordt omschreven als een “systeem dat kan bepalen of een gevangene een psychotische episode heeft (door spraak-herkenning en audioverwerking van de emotionele toestand van de gevangene), een ander bedreigt (door audioverwerking van de emotionele toestand van alle mensen in de omgeving van de gevangene en videoverwerking van het gedrag van de gevangene), of een aangewezen zone probeert te verlaten (door GPS-tracering)”.
Opmerkelijk is het feit dat verschillende gevangenissen in de VS al gebruik maken van biometrische stemidentificatietechnologie en geolocatie tracking van gevangenen en de niet-gevangenen die zij bellen.
Bovendien lijkt het plan van Hunter om wearables te gebruiken om af te stappen van traditionele gevangenissen, dat een aantal jaren geleden voor het eerst werd geschetst, dichterbij te komen dan een paar jaar geleden. In 2019 gaf de DOJ bijvoorbeeld een subsidie aan onderzoekers van de Purdue University, om hen te helpen een op wearables gebaseerd bewa-kingssysteem te ontwikkelen voor mensen die anders in de gevangenis zouden zitten. Het elektronische monitoringsysteem werd ingezet in Tippecanoe County Corrections in Indiana in het kader van een “home detention” programma.
Bovendien is de andere helft van Hunter’s plan, het gebruik van AI om communicatie tussen gevangenen te verwerken en misdaad te voorkomen, al in de hele VS in uitvoering.
Amazon verkoopt nu zijn AI-transcriptiediensten aan zowel gevangenissen als wetshandhavers. Het AI-systeem van het bedrijf maakt gebruik van spraakherkenningstechnologie en machine learning software om een database van woorden op te bouwen. Zoals gemeld door ABC News, “stellen ze vervolgens de partners van de rechtshandhaving op de hoogte wanneer het systeem verdachte taal of zinswendingen oppikt.”
“Over een jaar kan al dat jargon verouderd zijn – dus voeden onderzoekers voortdurend nieuwe informatie over gevangenisjargon in databases die zijn afgestemd op hun unieke jurisdictie of regionaal gebied,” legt ABC uit.
“We hebben het systeem geleerd hoe het gevangenen moet spreken,” zei James Sexton, een leidinggevende bij LEO Technologies, een bedrijf dat de transcriptiediensten van Amazon gebruikt.
Crisissen “oplossen” door alles en iedereen in de gaten te houden..
Bovendien heeft de federale regering als gevolg van de COVID-19 crisis zowel het opioïde behandelingsbeleid als het gevangenisbeleid aangepast om meer tegemoet te komen aan nieuwe, op wearables gebaseerde oplossingen.
Onder de Trump Administration begon het Federal Bureau of Prisons prioriteit te geven aan huisarrest om de verspreiding van COVID-19 in gevangenissen te beperken. Terwijl die gevangenen zich weer moesten melden als de ‘coronavirus-noodtoestand’ voorbij was, verlengde Biden onlangs de nationale noodtoestand en verwacht de HHS dat de crisis minstens tot december zal duren.
Verder heeft het Amerikaanse ministerie van Volksgezondheid en Human Services, mede vanwege de COVID-19 crisis, in 2020 zijn regelgeving aangepast zodat behandeling voor opioïdenverslaving nu op afstand kan plaatsvinden. “De pandemie heeft het mogelijk gemaakt om een gelicentieerde provider vanuit huis te zien,” meldde de New York Times.
Daarnaast is het gebruik van deze health-tracking wearables tijdens de pandemie met meer dan 35% toegenomen. “Al deze bewakingstechnologieën worden, net als veel andere COVID-19-maatregelen, snel uitgerold tijdens de crisis,” verklaarde de Electronic Frontier Foundation (EFF), een groep die zich bezighoudt met digitale rechten.
Verschillende draagbare technologieën zijn specifiek op de markt gebracht als antwoord op de COVID-19-crisis, waarbij een aantal zich uitsluitend richt op het volgen van de locatie van hun gebruikers voor het handhaven van sociale afstand of quarantaine.
“RightCrowd” is een koord dat werknemers kunnen dragen om bedrijven te helpen bij het afdwingen van sociale afstand en het opsporen van contacten op kantoor.
“SafeZone” is een draagbare sensor die een licht geeft wanneer mensen binnen een afstand van 1,5 meter van elkaar komen, en wordt momenteel gebruikt door de NFL.
En, zoals gemeld door de Electronic Frontier Foundation (EFF): “Rechtbanken in Kentucky en West Virginia hebben elektronische enkelbanden verplicht gesteld voor personen die weigerden zich te onderwerpen aan quarantaineprocedures na een positieve test op COVID-19.”

Maar veel van de nieuwe wearables van vandaag kunnen gegevens opvragen die veel verder gaan dan iemands locatie. De Oura Ring, een slaaptracker die op de vinger wordt gedragen, controleert je temperatuur om het begin van koorts bij COVID-19 te voorspellen, en wordt momenteel gebruikt door de NBA. Amazon’s Halo, een polsband, zal binnenkort COVID-19 symptomen kunnen detecteren. Halo scant het lichaam en de stem van de gebruiker, controleert de bloeddruk en moet “de hele dag door verslag uitbrengen over uw emotionele toestand”. En in maart 2020 verleende de Amerikaanse FDA een noodvergunning voor armbanden van het bedrijf Tiger Tech. De banden zijn ontworpen om de bloedstroom te controleren en de hartslag en hypercoagulatie, een eerste symptoom van COVID-19, te analyseren.
Een ander bedrijf, BioIntellisense, noemt zichzelf een “nieuw tijdperk van medische draagbare apparaten waarmee artsen en verpleegkundigen gegevens van patiënten buiten het ziekenhuis kunnen verzamelen”. Zijn eerste product, de BioSticker, is het “eerste FDA-goedgekeurde apparaat voor eenmalig gebruik voor een continue bewaking van vitale functies gedurende 30 dagen”. Het is een pleister die op de borst wordt gedragen voor wat het bedrijf noemt een “moeiteloze gegevensregistratie op afstand”. Het bedrijf ontving in december 2020 2,8 miljoen dollar van het DoD om deze draagbare producten beschikbaar te maken voor zowel het leger als het publiek.
Zoals de New York Times het afgelopen november verwoordde, “de trendy nieuwe covid tech is draagbaar en volgt je voortdurend.”
“De noodzaak om de pandemie met alle beschikbare middelen aan te pakken, heeft enkele van de belemmeringen in de wet- en regelgeving voor de invoering van telegeneeskunde weggenomen”, schreven Klaus Schwab en de Franse econoom Thierry Malleret in hun boek “COVID-19. The Great Reset”, dat vorig jaar werd gepubliceerd in juli 2020: “Het staat vast dat in de toekomst meer medische zorg op afstand zal worden verleend. Dit zal op zijn beurt de trend naar meer wearable[s] versnellen”, vervolgen zij.
De beleidsafstemming tussen het WEF en de huidige regering Biden is hier duidelijk. Voormalig minister van Buitenlandse Zaken John Kerry – Biden’s speciale presidentiële gezant voor het klimaat – verklaarde in december met klem dat de regering Biden de Grote Reset zal steunen en dat de Grote Reset ‘sneller en met grotere intensiteit zal plaatsvinden dan veel mensen zich misschien voorstellen'”.
Afstemming tussen het WEF en de Amerikaanse federale regering op dit gebied is ook te zien bij de FDA. In september 2020 lanceerde de Amerikaanse FDA The Digital Health Center of Excellence, met als doel “regelgevende benaderingen te innoveren om efficiënt en zo min mogelijk belastend toezicht te bieden”.
De hoofddirecteur van dit nieuwe FDA-project is Bakul Patel, die “sinds 2010 leiding geeft aan regelgevende en wetenschappelijke inspanningen met betrekking tot digitale gezondheidsapparaten bij de FDA”, aldus de FDA.
Zoals veel figuren in de Amerikaanse federale overheid heeft Patel nauwe banden met de industrieën die hij moet reguleren. Hij leidt momenteel de Scientific Leadership Board van de Medicine Society (DMS), een organisatie die exemplarisch is voor de doelstelling van de heersende klasse om draagbare technologie te integreren in het dagelijks leven van mensen. De groep modereerde onlangs een WEF-panel over de “Wearable Data Trove” en sponsort een komende conferentie genaamd “Wearable Injectors and Connected Devices”.

Eén manier waarop de neiging van het nieuwe Digital Health Center of Excellence van de FDA tot wearables kan worden afgeleid, is door de activiteiten van enkele van de financiers van het DMS, en dus van Patel, te onderzoeken – Deloitte, Takeda, Biogen en Pfizer – allemaal “strategische partners” van het WEF.
Takeda test een app die functioneert op consumenten wearables die cognitieve en gedragsgegevens verzamelt om mensen te beoordelen op depressie.
Biogen werkt sinds kort samen met Apple om “de waarde te testen” van wearables voor consumenten voor het verzamelen en doorsturen van biometrische gegevens over cognitieve prestaties en hersenactiviteit om toekomstige kwalen te voorspellen.
Albert Bourla, CEO van Pfizer, schreef in een artikel op de WEF-site dat draagbare apparaten “klaar zijn om een waardevol instrument te worden voor het stimuleren van gezond gedrag,” en noemde de voorbeelden van ‘slimme’ oogcontactlenzen, huidpleisters en “in het oor gedragen trackers.”
Bourla schreef ook:
“Onze oncologieafdeling heeft onlangs een gratis app gelanceerd, LivingWith, die kankerpatiënten helpt in contact te komen met dierbaren, afspraken te beheren en vast te leggen hoe ze zich voelen. De app synchro-niseert ook met fitness wearables, waardoor patiënten een completer beeld van hun gezondheid met artsen kunnen delen. En voor patiënten met hemofilie heeft onze divisie Zeldzame Ziekten de HemMobile Striiv Wearable ontwikkeld, een apparaat waarmee activiteit en hartslag kunnen worden gevolgd en infusies en bloedingen kunnen worden geregistreerd. Met derge-lijke gedetailleerde informatie kunnen zorgverleners echt gepersonaliseerde zorg leveren en kunnen pa-tiënten een actievere rol spelen bij het beheer van hun eigen gezondheid.”
In 2019 ging farmaceutische gigant Pfizer zover om wearable tech een revolutie te noemen, via gesponsorde content op STAT News. Het bedrijf werkte ook samen met IBM en Amazon om een IoT-systeem (Internet of Things) te ontwikkelen van draagbare sensoren die 24/7 patiëntindicatoren kunnen meten “met dezelfde klinische nauwkeurigheid die een arts op kantoor verzamelt.”
Naast het uitrollen van wearables via programma’s gericht op gevangenen en drugsgebruikers, heeft de heersende klasse aangegeven wearables te willen “mainstreamen” door ze te koppelen aan de “toekomst van de gezond-heidszorg”.
In “COVID-19: The Great Reset” schrijven Schwab en Malleret dat het gebruik van AI en draagbare techno-logie er uiteindelijk toe zal leiden dat het onderscheid tussen publieke gezondheidssystemen en “geperso-naliseerde gezondheids gecreeerde systemen” zal verdwijnen.
Digitale lijfeigenschap als gevangenisher-vorming..
Aangezien industriële spelers als Pfizer en Biogen het voortouw nemen bij de ontwikkeling van wearables, en deze spelers van oudsher een winstoogmerk hebben, zal de trend naar draagbare technologie vrijwel zeker een prijs hebben.
De duidelijkste kostenpost is wellicht de verdere aantasting van de privacy. Zonder twijfel zal de toe-passing van deze technologieën de neiging van regeringen en bedrijven om burgers en consumenten te bespioneren versterken.
Voor sommigen heeft de huidige volksgezondheidscrisis het negatieve stigma rond “het dragen van technologie” grotendeels verzacht. “Zoals tech-analist Rajit Atwal in oktober tegen ZDNET zei: “wat vóór de COVID misschien een markt hiervoor was, is er waarschijnlijk een potentieel grotere markt na de COVID of zelfs tijdens de COVID in termen van mensen die actiever hun gezondheid willen controleren.”
“Geef je toegang tot wat er in je lichaam en hersenen gebeurt in ruil voor veel betere gezondheidszorg? Mensen zullen hun privacy opgeven in ruil voor gezondheidszorg,” zei Yuval Noah Harari, een geschiedenisprofessor die vaak te zien is op het WEF, in 2018. “En op veel plaatsen zullen ze geen keuze hebben.” Maar twee jaar later, tijdens de jaarlijkse bijeenkomst van het WEF in 2020, verklaarde Harari dat het massale gebruik van wearables een “keerpunt” zou zijn die het begin zou inluiden van het tijdperk van “digitale dictaturen.”

Het potentiële misbruik van wearables door de publieke en private sector heeft ertoe geleid dat critici stellen dat de aantrekkingskracht van het monitoren van je eigen gezondheid geen afbreuk mag doen aan het feit dat wearables in wezen draagbare trackers zijn. “Het zou niet normaal moeten voelen om overal gevolgd te worden of om je locatie te moeten bewijzen,” schreef de EFF in juni 2020.
Uit de New York Times:
“Burgerrechten- en privacydeskundigen waarschuwen dat de verspreiding van dergelijke draagbare apparaten voor continue bewaking kan leiden tot nieuwe vormen van bewaking die de pandemie overleven – waarbij in de echte wereld hetzelfde soort uitgebreide bewaking wordt ingevoerd als bedrijven als Facebook en Google online hebben ingesteld. Ze waarschuwen ook dat sommige draagbare sensoren werkgevers, hoge-scholen of wetshandhavingsinstanties in staat zouden kunnen stellen om de locaties of sociale netwerken van mensen te reconstrueren, waardoor hun vermogen om elkaar te ontmoeten en vrijuit te spreken wordt beperkt. En ze zeggen dat deze datamining risico’s bepaalde werknemers of studenten onevenredig zouden kunnen treffen, zoals immigranten zonder papieren of politieke activisten.”
“Het is huiveringwekkend dat deze invasieve en onbewezen apparaten een voorwaarde kunnen worden om onze baan te behouden, naar school te gaan of deel te nemen aan het openbare leven,” zei Albert Fox Cahn, uitvoerend directeur van het Surveillance Technology Oversight Project, tegen de New York Times.
Bovendien vormen wearables die iemands gezondheidsgegevens bijhouden een bijzondere bedreiging. “Draagbare technologieën riskeren de ontwikkeling van angsten en stigmatisering voor hun gebruikers en bestaande ongelijkheden op gezondheidsgebied te reproduceren,” schreven John Owens en Alan Cribb in 2017 in het tijdschrift “Philosophy & Technology”. “Draagbare technologieën die hun gebruikers onderwerpen aan biomedische en consumentistische epistemologieën, normen en waarden, dreigen ook processen van werkelijk autonome deliberatie te ondermijnen.”
Bovendien zeggen critici dat ‘digitale opsluiting’ weliswaar een wenselijk alternatief lijkt voor ‘massale opsluiting’, maar dat het gewoon opsluiting onder een andere naam is.
Zoals auteur Michelle Alexander schreef in de New York Times in reactie op soortgelijke ‘e-carceration’ modellen die in 2018 de kop opstaken:
“Zelfs als je het geluk hebt om dankzij een computer-algoritme “vrij” te komen uit een fysieke gevangenis, zal er waarschijnlijk een duur bewakingsapparaat aan je enkel geketend zijn – een GPS-volgsysteem van een particulier bedrijf dat je ongeveer 300 dollar per maand kan aanrekenen, een onvrijwillige leaseprijs. Uw toegestane bewegingsvrijheid kan het moeilijk of onmogelijk maken om een baan te krijgen of te behouden, naar school te gaan, voor uw kinderen te zorgen of familieleden te bezoeken. Je bent in feite veroordeeld tot een digitale gevangenis in de open lucht, die niet verder mag reiken dan je huis, je blok of je buurt. Eén verkeerde stap (of één storing van het GPS-volgsysteem) brengt de politie naar je voordeur, je werkplek of waar ze je ook vinden en nemen je mee terug naar de gevangenis.”
“Ik vind het moeilijk om dit vooruitgang te noemen,” legt Alexander uit. “Zoals ik het zie, zijn digitale gevangenissen voor massale opsluiting wat Jim Crow was voor slavernij … Als het doel is om een einde te maken aan massale opsluiting en massale criminalisering, zijn digitale gevangenissen geen antwoord. Ze zijn gewoon een andere manier om de vraag te stellen.”
Sommigen zien digitale opsluiting zelfs als een systeem dat qua privacy slechter is dan het fysieke systeem. “Op het eerste gezicht lijken deze alternatieven misschien een win-win,” schreef Maya Schenwar in Truthout. “In plaats van in een helse instelling, gebeurt detentie in het comfort van je eigen huis” (de ultieme Amerikaanse reclame voor wat dan ook). Deze verandering dreigt echter de definitie van ’thuis’ te veranderen in een definitie waarin privacy, en mogelijk ook ‘comfort’, uit de vergelijking worden gehaald.”
“In een wereld van elektronische monitors, voorspel-lende politie, gegevensuitwisseling tussen instanties, verborgen camera’s en registers, strekt gevangen-schap zich niet alleen uit tot buiten de muren van de gevangenis of penitentiaire inrichting, maar tot buiten elke afgesloten ruimte,” vervolgt Schenwar. “In de nieuwe wereld van opsluiting is je huis je gevangenis. Je huizenblok is je gevangenis. Je school is je gevangenis. Je buurt… je stad… je staat… je land is je gevangenis.”
Toezicht Stakeholder Kapitalisme..

Afgezien van zorgen over de privacy is een minder duidelijk neveneffect van de “revolutie” op het gebied van wearables het potentieel ervan om de bredere toekomstvisie van het WEF aan te wakkeren – iets wat het WEF stakeholderkapitalisme noemt.
Het WEF zet zich in voor “het bevorderen van stakeholder-kapitalisme”, een systeem waarin particuliere bedrijven de “trustees van de samenleving” zijn. (Volgens Schwab was de reden dat hij het WEF in de eerste plaats oprichtte om “zakelijke en politieke leiders te helpen [stakeholder kapitalisme] te implementeren”).
Schwab’s model schrijft voor dat bedrijven hun definitie van “waarde” moeten verruimen, weg van het rendement voor de aandeelhouders. Als zodanig is de hoeksteen van “stakeholderkapitalisme” data. Om bedrijven beslissingen te laten nemen die “de samenleving ten goede komen”, hebben ze uitgebreide statistieken nodig over welke beslissingen “waardevol” zijn.
Natuurlijk is het een droom die uitkomt voor het model dat mensen rondlopen met technologie die hun locatiegegevens, medische geschiedenis, real-time vitale functies, mondelinge gesprekken, huidige emotionele toestand en dus hun “gedrag” bevat.
En terwijl de meest gemarginaliseerde bevolkingsgroepen, d.w.z. degenen die in de VS waarschijnlijk worden opgesloten voor drugsdelicten, als eerste zullen worden getroffen door deze alomtegenwoordige bewaking, ziet het WEF-netwerk dit als de toekomstvisie voor ons allemaal.
Bron: Jeremy Loffredo
Jeremy Loffredo is journalist en onderzoeker in Washington DC. Hij was voorheen een segment producent voor RT AMERICA en is momenteel een onderzoeksjournalist voor Children’s Health Defense.
Gerelateerde inhoud:
Laat hier uw waardering achter over dit artikel
Abonneren op de nieuwsbrief is gratis en op elk moment opzegbaar.. Bij het verschijnen van een nieuwe blogpost verschijnt dit automatisch in je mailbox
Beheerder Vincent W Schoers
Copyright © 2021 door zorgdatjenietslaapt.nl. Toestemming tot gehele of gedeeltelijke herdruk wordt graag verleend, mits volledige creditering en een directe link worden gegeven.
Mijn lichaam is geen eigendom van de staat. Ik heb de uitsluitende en exclusieve autonomie over mijn lichaam en geen enkele politicus, ambtenaar of arts heeft het wettelijke of morele recht om mij te dwingen een niet-gelicentieerd, experimenteel vaccin of enige andere medische behandeling of procedure te ondergaan zonder mijn specifieke en geïnformeerde toestemming. De beslissing is aan mij en aan mij alleen en ik zal mij niet onderwerpen aan chantage door de overheid of emotionele manipulatie door de media, of zogenaamde celebratie influencers.
Alles hier gepubliceerd reflecteert de mening, ziens-, denkwijze van de gene die het plaatst
Geef een reactie